Handtekeningen onder stukken, zoals contracten en kunstwerken, geven de lezer en kijker de garantie dat de ondertekenaar ‘eigendom’ daarvoor bevestigt of claimt: de ondertekenaar van een contract bevestigt akkoord te gaan met de inhoud, zoals de kunstenaar kenbaar maakt de maker te zijn.

Hiernaast een voorbeeld hoe de ‘normale’ handtekening van Piet Clijsen eruit zag: netjes, beheerst en zeer herkenbaar.

Links de handtekening die hij gebruikte voor zijn eerste ramen in de abdij Onze Lieve Vrouw van Koningshoeven. Niet alleen is er geen enkele vergelijking met zijn ‘oorspronkelijke’ handtekening, maar bovendien is zijn voorkeurspelling met een ‘ij’ vervangen door  ‘y’ (Griekse Y).

Piet Clijsen, ondertekende vrijwel al zijn werk, in ieder geval elk raam of set ramen dat hij maakte. Maar ook schetsen, zelfs mijn geboortekaartje werd ondertekend (zie hierboven).  Hij heeft meerdere schetsboeken nagelaten – allemaal in te zien in het archief van het Regionaal Archief in Tilburg – en een groot aantal tekeningen daarin zijn ondertekend en vaak ook met een plaats of jaartal erbij. Tegenwoordig lijkt dat logisch omdat niets meer veilig is om ‘gestolen’ te worden; eigendom merken is dus erg zinvol. Speelde dat probleem in de periode dat Piet Clijsen actief was, ook al? Of wilde hij, zoals waarschijnlijk veel kunstenaars, simpelweg laten weten wie de maker was?

In mijn zoektocht heb ik veel profijt gehad van de gewoonte van Piet Clijsen. Zijn handtekening is een duidelijke bevestiging dat hij het heeft gemaakt. Andersom, het ontbreken van de handtekening, is een eerste aanwijzing dat Piet Clijsen wellicht niet de maker is.

Waarom heeft Piet Clijsen steeds andere handtekeningen gebruikt? Deed hij maar wat? Soms, misschien wel vaker dan wij ons kunnen voorstellen, werd de soort handtekening vooral bepaald door de beschikbare ruimte. De handtekening moet wel te vinden zijn maar niet overheersen of het raambeeld verstoren.

Toch is het een interessante vraag. Een handtekening wordt vaak gezien als een uiting van het karakter van de betreffende persoon.

In het geval van Piet Clijsen is weliswaar zijn officiële handtekening gelijk gebleven in de loop der jaren, maar voor de ondertekening van zijn werk gebruikte hij steds een ander beeld. Heel afwijkend overigens van wat in veel sectoren gebruikelijk is: de meester meubelmaker bijvoorbeeld gebruikt altijd hetzelfde beeldmerk om zijn werk te merken.

Piet Clijsen liet zich door dat soort voorbeelden niet leiden. Waarom niet? Wat zegt dat over Piet Clijsen?

 

Piet Clijsen wilde dat zijn werk gekend werd als het zijne. Eén van de simpelste maar ook duidelijkste aanwijzingen daarvoor was de handtekening die hij plaatste. In dit laatste voorbeeld is te zien dat hij ook daarmee ‘speelde’. Tijdens zijn opleiding werd een tekening van AJAX voorzien van een wel erg gekunsteld exemplaar. Blijkbaar was ook dat Piet Clijsen.